Door: Lennart van Trigt
In een gesprek waaraan mannen en vrouwen deelnemen, bestaat een bepaalde gespreks- dynamiek. Er worden vaak onderwerpen aangesneden die voor alle partijen behapbaar zijn en waar iedereen rustig kabbelend aan kan deelnemen, vanuit zijn of haar mannelijke of vrouwelijke achtergrond. Als de groep bestaat uit louter mannen, dan zie je het gesprek al snel veranderen.
Mannen onder elkaar hebben over het algemeen namelijk een natuurlijke neiging tot overdrijven. Dat is de 10% regel: je verhalen mogen altijd tot 10% worden aangedikt, dat verhoogt de feestvreugde en maakt het gesprek net iets sneller memorabel. Of je het nu hebt over je verantwoordelijkheden op de zaak, de keuze voor een nieuwe leaseauto of de frequentie waarin je je nog altijd in het uitgaanscircuit beweegt: een beetje overdrijven maakt het leven mooier.
Ook als het gesprek onverhoopt uitkomt op de kinderen is de 10% regel van kracht. Mannen hebben, althans dat ervaar ik in men-to-men gesprekken, de neiging om de capaciteiten van hun kinderen een tikkeltje aan te dikken. Of het nu gaat over de sportieve prestaties van je zoon die net op hockey zit of je dochter die al heel behoorlijk leest, je bent op zoek naar net dat beetje meer om te waarborgen dat hier sprake is van een bijzonder kind.
Een voorbeeld. Plaats van handeling: de achtertuin op een mooie zomermiddag in het weekend. Bevriende stellen op bezoek, inclusief de kinderen. Vaders staan bij elkaar en hebben de verantwoordelijkheid voor het aansteken van de barbecue. De zoon van een van hen klimt plotseling op de schutting en vervolgens op het dak van de schuur. De trotse vader weet te melden dat hij thuis al vanuit de tuin op het balkon klimt via de regenpijp en daar ook met enige regelmaat vanaf valt. Vijf jaar is het wurm. Een ander kind blijkt thuis al uitgekeken te zijn op de Disney- en Hello Kitty kleurboeken en kleurt tegenwoordig alleen nog maar in kleurboeken voor volwassenen. En alles binnen de lijntjes hè! Instemmend knikkend staat het groepje mannen bij elkaar, veinzend dat ze allang wisten dat er kleurboeken voor volwassenen bestaan.
Ondanks dat mannen de 10% regel allemaal kennen en hanteren is er toch een zekere competitie voelbaar als het gaat om de vorderingen die je kinderen maken. En die competitie is er in alle leeftijds-categorieën. Of je kind al kan staan, al praat, al sommen maakt of al vraagt hoe hij of zij eigenlijk in mamma’s buik is terecht- gekomen, alles wordt langs de meetlat gelegd die mannen gebruiken om hun positie te bepalen binnen het poch-umfeld dat vaders met elkaar creëren.
Nu lijkt het alsof alles wordt gereduceerd tot een keiharde competitie tussen mannen waar slechts 1 de winnaar kan zijn. Die grimmig is en waarin mannen zelfs soms de 10% regel dreigen te gaan overschrijden in hun drang naar onderscheiding. Niets is echter minder waar. Want vroeg of laat is er altijd wel een die de Grote Verzoen-kaart trekt, die door alle andere aanwezigen direct en gretig wordt geaccepteerd: ach jongens, uiteindelijk, als ze 7 zijn, dan kunnen ze allemaal evenveel, en het maakt dus hoegenaamd niet uit als je nu ergens wat sneller of langzamer mee bent. Alle mannen beamen dit tevreden en we kunnen weer over naar de orde van de dag. Het volgende agendapunt: de meest inventieve manier om een barbecue aan te steken. Zonder bijblazen of hinderlijke rookontwikkeling.
O jee. Dat wordt weer een nieuwe ronde pochen.