Nieuws

Blog: Alle kinderen worden als artiest geboren

Ken je het verhaaltje van het jongetje dat voor het eerst op school kwam en van de juf een tekening mocht maken? Het jongetje hield van tekenen. Hij kon leeuwen, tijgers, boten en treinen tekenen. Hij pakte zijn kleurpotloden en begon te tekenen, maar de juf zei: “Wacht nog even, we gaan vandaag bloemen tekenen.”
“Oké,” dacht het jongetje en hij begon bloemen te tekenen met oranje en roze en blauw.
Maar de juf zei: “Wacht! Ik zal jullie laten zien hoe het moet!”
Een andere keer zei de juf: “We gaan iets maken van klei.”
“Leuk,” dacht het jongetje, want hij kom allerlei dingen maken van klei: slangen, sneeuwpoppen, olifanten en muizen en hij begon de klei al te kneden.
Maar weer zei de juf: “Wacht even, vandaag gaan we een mooie schaal maken. Ik zal jullie laten zien hoe het moet!”
Het duurde niet lang voordat het jongetje leerde wachten en te kijken en de dingen precies zo te doen als de juf ze deed.

 

Nieuwsgierigheid

Picasso zei eens: “Alle kinderen worden als artiest geboren.” De kunst is artiest te blijven als we opgroeien. Maar hoe dan? Ik geloof dat het allemaal gaat om het stimuleren van wat nature bij kinderen al aanwezig is, namelijk nieuwsgierigheid. Zelf draag ik dan ook met passie de visie van pedagoog Malaguzzi uit dat bij kinderen creativiteit naar voren komt in een maakproces waarin het kind ontdekt, verwondert, onderzoekt en experimenteert, zonder dat het eindresultaat bekend is.

 

Beschimmelde boterham

Dit illustreer ik graag aan de hand van een gebeurtenis op een jongste BSO-groep (4-6 jaar). Een ontdekking van een beschimmelde boterham in een broodtrommeltje leidt daar tot een heel creatief proces. Na de eerste reacties van: ‘Bah! Vies, Ieeeeeeuw, weggooien’, ontstaan er een heleboel vragen: “Wat is dat op het brood? Hoe komt het erop? Wordt het steeds erger? Wat schimmelt wel en wat niet? Kunnen we het onderzoeken?” De kinderen worden vervolgens door pedagogische medewerkers aangemoedigd om te gaan experimenteren en uitproberen. Zo wordt er een schimmelkastje ingericht met zelf verzamelde spullen zoals een tomaat, een ui, een banaan en een bakje smeerkaas. Kinderen besluiten zelf dat alles lang moet blijven liggen want dan komen er wel schimmels…

Kinderen leren hier dat iets wel of niet werkt. Zo blijkt het schimmelkastje wel te gaan stinken en wordt het kastje naar de gang verhuisd. Doordat er geen eindresultaat wordt verwacht, kan je ook niets fout doen. Dit is prettig voor het kind en geeft een enorm gevoel van trots en zelfvertrouwen. Dit gevoel is groter wanneer zij de keuzes zelf hebben gemaakt in plaats van wanneer er iets is voorgezegd. Vervolgens komt de vraag bij kinderen op wat er zou gebeuren als je ecoline over de boterham zou gieten. De schimmel blijkt de ecoline niet op te zuigen maar de boterham zuigt zich wel vol. En zo ontstaan er steeds meer vragen en ontdekkingen.

 

Intrinsieke motivatie

Tijdens een creatieve proces draaien hersenen op volle toeren en worden verschillende ontwikkelingsgebieden van kinderen gestimuleerd. Denk aan zelfvertrouwen, motoriek en inventiviteit, creatief- en oplossingsgericht denken en samenwerken. Skills die je nou net nodig hebt om later deel te kunnen nemen aan de eisen van de moderne maatschappij. De motivatie om iets te leren komt dan ook helemaal vanuit het kind. Dit wordt ook wel intrinsieke motivatie genoemd. Om echt te kunnen leren is deze vorm van motivatie belangrijk. Het zorgt ervoor dat informatie beter beklijft. Herkenbaar voor iedereen?

Overigens komt het voor het jongetje ook weer goed nadat hij gaat verhuizen en een juf treft die hem niet voorkauwde hoe en wat hij moest tekenen. Zo kan ook hij de artiest blijven die hij al is vanaf zijn geboorte.

 

Saskia Hoek
Pedagogisch coach KinderRijk